Jonathan Strange & Mr. Norrell speelt zich af tussen 1806-1815 in Engeland, waar Mr. Norrell zichzelf de enige praktische magier mag noemen. De andere heren die zich tovenaar noemen zijn namelijk theoretisch, ookal hebben alle tovenaars gemeen dat ze het liefst met de neus in de boeken zitten.

Mr. Norrell verwerft faam door de te jong overleden bruid van een welgestelde heer terug uit de dood tovert. De overheid ziet in dat de tovenaar wel van pas komt in de Napoleontische oorlog, maar Mr. Norrell is ook een angstig, teruggetrokken mannetje.

Op een dag komt Jonathan Strange bij hem in de leer. Strange vertrekt wel met het leger, verricht heldendaden door wegen, rivieren en hele steden te verplaatsen. Maar er ontstaat een breuk tussen meester en leerling als Strange meer magie wil ontdekken. Vooral dat van de mysterieuze Ravenkoning. Wie heeft de koning van Engeland tot waanzin gedreven, waarom heeft die heer met pluishaar zoveel interesse in een van de bedienden?

Een boek waarin het tempo laag is, veel wordt gewerkt aan world building, uitgebreide Britse beleefdheden, maar ook de spanning van oorlog, de  verweving van de bekende verhalen rond de Elfenwerelden, enkele bekende figuren als Lord Byron en talloze voetnoten.

Het verhaal is degelijk, zit knap in elkaar, maar het is traag, soms wat saai en langdradig. Waren er echt 943 pagina's nodig om dit te vertellen?

3,5⭐