dittesque's profile picture

dittesque 's review for:

Heer doos by Willem van Toorn
5.0

Ik weet al niet meer precies wanneer ik Heer Doos van Willem van Toorn voor het eerst las. Toen ik vijftien of zestien was, waarschijnlijk. Ik vond het toen meteen een heel gaaf boek, het sprak enorm tot m’n verbeelding. En dan al die verwijzingen naar dichters en klassieken uit de oudheid, ik vond het fantastisch. Waarom kende ik niet zulke mensen als de personage in dit boek? Net zoals Van Toorn’s jeugdroman Rooie heeft Heer Doos me ongetwijfeld beïnvloed, al is het alleen al omdat ik met dit boek Herman Gorter leerde kennen, wiens gedichten ik vervolgens voor mijn lijst las. En, in tegenstelling tot veel andere boeken die destijds tot mijn favorieten behoorden, vergat ik dit boek nooit. Ik zocht regelmatig of ik ‘t ergens kon vinden, wilde het graag zelf hebben. Maar het boek was al uit de handel, tweedehands was er alleen een uitgave van De Lijsters of iets dergelijks verkrijgbaar. Niet wat ik zocht dus.

Nu vond ik eindelijk via bol.com een adres waar ze ‘m hadden. (Tweedehands) Boekhandel JOOT in Amsterdam zou ‘m in de kast hebben staan, voor zeven euro. En jawel, afgelopen donderdag vond en kocht ik eindelijk dit boek dat alweer tien jaar geleden zo’n indruk op me maakte. Onlangs herlas ik ook Rooie, wat nog steeds leesbaar en boeiend bleek. Voor Heer Doos geldt hetzelfde. Het is een mooi verhaal, dat nog steeds tot de verbeelding spreekt. Erwin, de scholier, die nadat hij gedumpt is even vakantie neemt van het leven en het gezelschap van zwervers zoekt. Die samen met een collega ‘amateur-zwerver’, Heer Doos, kampeert tussen die groep mensen die door de brave burgers met de nek aangekeken worden, maar waar zij zich op dat moment bij op hun gemak voelen.

Heer Doos, een oudere man van in de zeventig, blijkt een baron, door zijn ongure kinderen zijn eigen huis uitgejaagd. Hij heeft het met Erwin over Diogenis, die op klaarlichte dag en op een drukke markt op zoek was naar een mens. Eerst omdat dat misschien ook is waarom zij beiden misschien gevlucht waren, omdat ze niet meer wisten wat gewoon en werkelijk was, maar daarna zegt hij dat Diogenes met zijn zoektocht eigenlijk ook behoorlijk arrogant was. En hij zegt dat de werkelijkheid opgebouwd is uit allemaal kleine stukjes, die net als de muur van het oude fort waarbij ze kamperen bij elkaar moeten worden gehouden door cement. Je moet er voor jezelf achter komen wat in jouw leven het cement is of moet zijn. Aardig filosofisch en navelstaarderig allemaal. Maar niet op een vervelende manier, het past in de context van het verhaal van die puber die worstelt met zichzelf en de veranderingen in zijn directe omgeving.

Wat me nu wel opviel is de discrepantie tussen de gedachten van Erwin, en ook die van de tweeëntwintigjarige fotografe Anita die hij ontmoet, en hun leeftijd. Toen ik het boek tien jaar geleden las vond ik het vanzelfsprekend dat zij zo konden denken, zo volwassen en, vooral Anita, zo zelfverzekerd en wijs. Ik heb er toen geen moment aan getwijfeld dat dat kon, een jongen van 17 en een meisje van 22 die praten en denken alsof ze overal de antwoorden al op gevonden hebben. Nu kwam het onwerkelijk op me over. Anita klinkt meer als 32 dan als 22, Erwin eerder als een twintiger, een student. Alleen op bepaalde momenten, in de relatie met zijn moeder, is hij een echte puber. Eentje die zich onbegrepen voelt, die vindt dat hij prima weet hoe hij zichzelf kan redden en niet begrijpt dat zijn moeder daar haar twijfels over heeft en bezorgd om hem is. Maar, in zekere zin zijn we naar onze ouders toe allemaal altijd nog kind, hoe oud we ook worden. Dat maakt Erwin’s personage dus niet opeens een overtuigende puber.

Maar dat Erwin, en vooral Anita, me minder overtuigt dan vroeger heeft er wellicht meer mee te maken dat ik zelf nu ouder ben dan Anita, maar bij lange na niet die wijsheid en zekerheid over mijn keuzes en identiteit heb als zij ze schijnt te hebben. Desondanks is het nog steeds een inspirerend boek, ik wil weer Zen and the art of motorcycle maintenance lezen, de verzen van Gorter en het werk van Emily Dickinson. En ik wil schaken en in de Betuwe wonen.

Ook in Heer Doos doet Willem van Toorn meesterlijk wat hij in al zijn werk lijkt te doen: hij laat het landschap er zijdelings deel van uitmaken. Hij geeft je de aanzet voor een uiterst gedetailleerde voorstelling van de scènes die hij beschrijft. Prachtig om te lezen en één van de redenen waarom ik zo houd van zijn werk - toen al, maar nu ik ook meer van zijn werk voor volwassenen lees, nog steeds. Altijd fijn, als iets wat je vroeger fantastisch vond, het nog steeds blijkt te zijn. Ondanks dat ik me nauwelijks nog iets voor kan stellen bij hoe ik toen was, hoe het voelde mezelf destijds te zijn, laat zo’n boek dan toch maar weer zien dat ik, toen en nu, uiteindelijk dezelfde ben.